Consent als alternatieve methode voor besluitvorming

Voor écht goede besluitvorming is een model nodig waarin degenen die verstand van zaken hebben, ook de inbreng kunnen hebben die recht doet aan die kennis. De mogelijkheid voor een open gesprek, waarin ruimte is voor alle relevante argumenten en gevoelens over de te nemen besluiten. Daarin voorziet besluitvorming bij consent.

Kan je er mee leven?

Bij besluitvorming op basis van consent wordt uitgegaan van de gelijkwaardigheid van de individuen. Op basis van dit uitgangspunt worden besluiten alleen genomen, als er geen overwegend en beargumenteerd bezwaar is tegen het voorgenomen besluit. Dit schept een goede basis om het principe ‘wie het weet mag het zeggen’ in de praktijk toe te passen.

Daar waar bij democratie de vraag luidt: ‘Ben je het eens met het voorgestelde besluit?’ is de vraag die bij consent gesteld wordt: ‘Kan je leven met het voorgestelde besluit? En zo nee, wat is dan je overwegende en beargumenteerde bezwaar?’ Een praktische toevoeging waardoor er nog meer ruimte komt voor de expertise van de betrokkenen is de vervolgvraag: ‘Heb je een voorstel dat beter is dan het huidige voorgestelde besluit?’.

Wanneer eenmaal op deze wijze een besluit is genomen, verbinden de beslissers zich aan een consequente uitvoering. Iedereen is immers deelgenoot aan het genomen besluit, je voelt je gehoord en begrepen, zelfs als je denkt dat het nog anders en beter kan. Je kan je niet meer verschuilen achter een ander eigen standpunt.

Het implementeren van anders besluiten vraag enige discipline, want elkaar willen overtuigen zit in onze genen. Consequent zijn en steeds teruggaan naar de uitgangspunten en spelregels is dus van belang. Als het eenmaal werkt, komt er meer rust in de besluitvorming en zijn betrokkenen tevreden (2).